Piep en Tintje

Tintje gooit nog een paar eikeldopjespellets in de kachel. Er schijnt een waterig zonnetje dat in de verte naar voorjaar hint. Zij en Piep wonen in een paar geschakelde walnootdoppen. Piep heeft ze goed geïsoleerd met mos. De kier onder de voordeur maken ze dicht zodra ze binnen zijn. Een paar gevonden volgelveertjes zijn daar heel geschikt voor. Tintje zet een keteltje water op de kachel om kruidenthee te maken.

In de zomer zoekt en droogt ze verschillende kruiden. Mensen zouden het onkruid noemen, maar die weten niet beter. Ze blijft met zoeken ver uit de buurt van de plaatsen waar mensen hun voedsel laten groeien. Er zijn muizen gestorven door het eten ervan. In de verwilderde boomgaard waar Tintje en Piep wonen komt niemand. De voorraadkast zit vol met stukjes gedroogde appel. Lekker om op te knabbelen en in de thee.

Het waterige zonnetje maakt plaats voor een dreigende donkere lucht. Binnen is het lekker warm. Ze hoort geritsel buiten en Piep komt net voor de bui binnen. Hij geeft Tintje een knuffel en ze zegt: wat heb jij koude pootjes. Ga lekker liggen bij de kachel, dan schenk ik thee in.

Het geluid van de regendruppels op het dak maakt het nog gezelliger. Wat is het lekker knus hier Piep, zegt Tintje. Wat hebben we nog meer nodig om gelukkig en tevreden te zijn? Piep knikt loom, hij is bijna in slaap gevallen naast de kachel. Zijn oren gloeien.
De wind trekt aan en ritselt door de blaadjes. Tintje stopt de vogelveertjes tussen de drempel en de voordeur. Piep was vergeten om dat te doen.

Het is nog vroeg in de middag. Muizen brengen veel tijd door met theedrinken en praten met elkaar. Het hoort bij de belangrijke dingen. Hun leven is eenvoudig; zorgen dat er eten is voor de winter, een goed huisje en de tijd nemen voor jezelf en voor de andere muizen.
Piep snurkt zachtjes en Tintje schenkt nog een kopje thee in voor zichzelf. Ze gaat zo nog een paar rondjes rennen in de boomgaard.

Ze werkt graag aan haar conditie en het maakt je hoofd weer leeg. Ze heeft een afgetraind lijfje. Niet mager, maar sterk. Elke week gaat ze met haar muizenvriendinnen hardlopen. Ze trainen voor de Halve Boomgaard Marathon, 2100 meter en een klein stukje. Ze eindigt meestal bij de eerste tien. De laatste keer heeft ze gewonnen.
De muizenmeiden hebben T-shirts laten bedrukken met de tekst HBM PowerMouse. Piep is supertrots op z’n powermouse. Hij legt het dik af tegen haar met hardlopen. Piep kan goed koken.

Wat het is

Het is wat het is klinkt eenvoudig. Aanvaarden wat het is kan ingewikkelder zijn. Daar ken je vast je eigen voorbeelden van. Mijn blogjes gaan over leven met een donornier, ik vertel je wat het is. Schrijven maakt de dingen beter aanvaardbaar voor mij simpelweg omdat ik het onder woorden breng. Zien of het deze keer ook zo is.

Ik val regelmatig in de prijzen. Het mooiste voorbeeld ervan is het krijgen van een donornier al vier maanden nadat ik bij Eurotransplant was ingeschreven. Dat is de hoofdprijs. Het had ook drie jaar kunnen duren met als gevolg dat ik had moeten dialyseren.
Er zijn ook wat andere prijzen uitgereikt, je kent ze als je vaker m’n blogjes leest. Ik schreef al eens dat een beetje blind wel degelijk bestaat. Ben ik het levende bewijs van, ik zie met maar een oog. Dat went op den duur aardig, je hersenen compenseren het gemis op een bijzondere manier. Niet alles, diepte zien zoals het was is er niet meer bij. Dat levert wel eens hilarische toestanden op, als ik de melk niet in maar deels naast mijn glas giet. Een baantje in de horeca is aan mij niet besteed.

Van de week geheel onverwacht was het weer prijs. Ik hoor al een tijdje niks met mijn rechteroor. Via de huisarts kom je dan bij de KNO-arts. Na een audiologische test en nog wat aanvullende testen wordt duidelijk wat het is. Ik rekende er min of meer op dat het te verhelpen zou zijn. Dat bleek niet het geval, een virus heeft het slakkenhuis van mijn oor vernield.

Het fenomeen heet sudden deafness. Je bent binnen een paar seconden tot een paar minuten doof en het is onherstelbaar. Een beetje doof dan, ik heb twee oren. Het richting horen van geluiden is weg. Het voor altijd suizen van dat oor krijg ik er gratis bij. Het is geluid dat er niet is maar wat ik wel hoor.

Ik weet het nu, maar heb het nog niet aanvaard. Het maakt me boos en verdrietig. Ik hoef niet alweer een prijs, voor deze bedanken kan niet. Dat brengt een oud en bekend gevoel terug. Ik heb er even weinig zin meer in, mijn belangstelling voor dingen die ik anders leuk of interessant vind is weg. Vloeken en janken helpt een beetje. De tijd zal het wel helen. Voor nu is het klote

Het is mogelijk een prijs die ik betaal voor mijn donornier. Je kunt het niet aantonen, maar de afweer onderdrukkende medicijnen maken het voor gemene virusjes gemakkelijker om mij ziek te maken. Dat is ze al vaker gelukt. Ik heb net zo vaak of net zo weinig een infectie als ieder ander. Bij mij is alleen de kans veel groter dat ik er last van krijg.
Daarom ga ik niet naar winkels of uit eten in een restaurant, vermijd groepen mensen zoals op verjaardagen en feestjes. Je kunt niet alles ontlopen, ik wil ook nog wel een beetje leven. Ook al heb ik zoals nu nogal de pest in. Ik verklein het risico waar het kan, binnen voor mij aanvaardbare grenzen.

Ik schrijf over leven met een donornier. Soms is het even overleven. Het volgende blogje is vast veel vrolijker. Het wordt weer eens tijd om over de avonturen van Piep de muis schrijven.

Regenboog

Met de winterdag moet een mens wat. Buiten wandelen in de stromende regen, of tot je enkels door de blubber baggeren in je moestuin. Ik ben er gauw klaar mee. Ik vond een heel oud boekje weer terug tussen de stapels boeken om mijn kamer op zolder. Er staan leuke en spannende experimenten in beschreven. Maar ook suffige proefjes voor beginners. Ik was ergens blijven steken bij ‘gevorderden’ blijkens een afgescheurde punt van een krant bij wijze van boekenlegger. Precies bij ‘regenbogen maken’. Iets met licht en water, of met een prisma. Je weet wel, het licht breekt en je ziet dan de afzonderlijke kleuren.

Nu ben ik niet gauw tevreden en ik wilde een flinke regenboog maken. De eerste paar kleintjes lukten aardig toen er iets vreemds gebeurde. Al prutsend en experimenterend dacht ik er nog wel iets aan toe te kunnen voegen. Maar wat en hoe?

Het was een onzichtbaar element. Ik kreeg het er warm van en deed het zolderraam een stukje open. Dat hielp, ik kreeg de geest. Het is een kwestie van concentratie en een beetje je best doen. Eigenlijk moet je zover komen dat je niets anders doet dan ruimte geven aan je spirit. Ik had het nog niet gedacht of het gebeurde al. Een rasechte, volwassen regenboog verscheen uit het niets, en glipte door mijn zolderraam naar buiten. Geen idee waar die was gebleven.

Totdat mijn buurvrouw even later een foto stuurde van een heuse regenboog die uit mijn zolderraam schoot. Prima timing en ik wist gelijk dat ik het me niet had verbeeld.
Normaal stop ik de gelukte regenboogjes in en afsluitbaar doosje van plexiglas, leuk voor later. Maar deze was er vandoor.

Ik heb iets met regenbogen, ze maken me blij. Ze zijn een mooie metafoor voor wat er is zonder woorden. Voor onzichtbare dingen als vriendschap, liefde, geesteskracht. Voor dat je aan iemand denkt en die belt je nog geen twee tellen later. Voor wat je voelt als je met je kat, je hond of je konijn praat.
Wat zijn jouw regenboogmomenten?

Ik maak natuurlijk geen regenbogen op mijn zolder. Ik maak ze in mijn hoofd. Soms geeft ik er eentje weg. Deze is voor jou.