Het is wat het is klinkt eenvoudig. Aanvaarden wat het is kan ingewikkelder zijn. Daar ken je vast je eigen voorbeelden van. Mijn blogjes gaan over leven met een donornier, ik vertel je wat het is. Schrijven maakt de dingen beter aanvaardbaar voor mij simpelweg omdat ik het onder woorden breng. Zien of het deze keer ook zo is.
Ik val regelmatig in de prijzen. Het mooiste voorbeeld ervan is het krijgen van een donornier al vier maanden nadat ik bij Eurotransplant was ingeschreven. Dat is de hoofdprijs. Het had ook drie jaar kunnen duren met als gevolg dat ik had moeten dialyseren.
Er zijn ook wat andere prijzen uitgereikt, je kent ze als je vaker m’n blogjes leest. Ik schreef al eens dat een beetje blind wel degelijk bestaat. Ben ik het levende bewijs van, ik zie met maar een oog. Dat went op den duur aardig, je hersenen compenseren het gemis op een bijzondere manier. Niet alles, diepte zien zoals het was is er niet meer bij. Dat levert wel eens hilarische toestanden op, als ik de melk niet in maar deels naast mijn glas giet. Een baantje in de horeca is aan mij niet besteed.
Van de week geheel onverwacht was het weer prijs. Ik hoor al een tijdje niks met mijn rechteroor. Via de huisarts kom je dan bij de KNO-arts. Na een audiologische test en nog wat aanvullende testen wordt duidelijk wat het is. Ik rekende er min of meer op dat het te verhelpen zou zijn. Dat bleek niet het geval, een virus heeft het slakkenhuis van mijn oor vernield.
Het fenomeen heet sudden deafness. Je bent binnen een paar seconden tot een paar minuten doof en het is onherstelbaar. Een beetje doof dan, ik heb twee oren. Het richting horen van geluiden is weg. Het voor altijd suizen van dat oor krijg ik er gratis bij. Het is geluid dat er niet is maar wat ik wel hoor.
Ik weet het nu, maar heb het nog niet aanvaard. Het maakt me boos en verdrietig. Ik hoef niet alweer een prijs, voor deze bedanken kan niet. Dat brengt een oud en bekend gevoel terug. Ik heb er even weinig zin meer in, mijn belangstelling voor dingen die ik anders leuk of interessant vind is weg. Vloeken en janken helpt een beetje. De tijd zal het wel helen. Voor nu is het klote
Het is mogelijk een prijs die ik betaal voor mijn donornier. Je kunt het niet aantonen, maar de afweer onderdrukkende medicijnen maken het voor gemene virusjes gemakkelijker om mij ziek te maken. Dat is ze al vaker gelukt. Ik heb net zo vaak of net zo weinig een infectie als ieder ander. Bij mij is alleen de kans veel groter dat ik er last van krijg.
Daarom ga ik niet naar winkels of uit eten in een restaurant, vermijd groepen mensen zoals op verjaardagen en feestjes. Je kunt niet alles ontlopen, ik wil ook nog wel een beetje leven. Ook al heb ik zoals nu nogal de pest in. Ik verklein het risico waar het kan, binnen voor mij aanvaardbare grenzen.
Ik schrijf over leven met een donornier. Soms is het even overleven. Het volgende blogje is vast veel vrolijker. Het wordt weer eens tijd om over de avonturen van Piep de muis schrijven.