Roofgoed

Met een flinke klap valt er iets in mijn brievenbus. De aanvechting om direct te gaan kijken is groot. Ik zit nu verlekkerd te bladeren in twee catalogi van biologische groenten- en bloemenzaden. Veel zal ik er niet van bestellen. Ik heb de voorraad van de afgelopen twee jaar nauwelijks aangeroerd. Dat ik daar komend seizoen weer raad mee weet durf ik nu wel te geloven. Ik heb serieus overwogen mijn moestuin op te doeken. Uit frustratie. Als je heel graag wil en je kan het niet. M’n nieuwe nier doet het goed. CMV virus, longontsteking en fysieke ongemakken zijn verdwenen. Ik ben weer aardig op krachten. Drie of vier keer in de week in m’n tuin. Prima training. Een uurtje of anderhalf. Resultaat, een tevreden ik. En kruiwagens vol onkruid.

Er is een overeenkomst tussen (biologische) zaden en medicijnen. Ik kies voor zaadvaste soorten. Dat wil zeggen dat de plant die uit het zaad voortkomt zichzelf kan reproduceren. Veel nieuwe soorten kunnen dat niet meer (hybride ras). Deze zaden worden door inteelt telkens opnieuw geproduceerd. Was dat maar het ergste. Gevaarlijker nog is de macht die bedrijven zich toe-eigenen door zaden en plantensoorten te patenteren. Het doel daarvan is heel veel geld verdienen. De voedselvoorziening is dan in de macht van een paar grote bedrijven. Dat is een enge gedachte. En deels al realiteit.

Met medicijnen gebeurt iets vergelijkbaars. Er zijn farmaceutische bedrijven die zich op slinkse wijze een patent toe-eigenen op een tot dan vrij te produceren medicijn. Daarna verhonderdvoudigt de prijs. Maatschappelijk onaanvaardbaar, vind ik. Ik vraag me af hoe een medewerker van zo’n bedrijf het uitlegt aan zijn of haar partner. Als hun eigen kindje doodziek is en een medicijn onbetaalbaar geworden. Je gunt het niemand.

Mijn maagbeschermer blijkt door vervuiling van de grondstoffen mogelijk kankerverwekkend te zijn. Ik werd door mijn apotheek hierover geinformeerd. Het is waarschijnlijk ontstaan door goedkoop medicijnen te produceren. Met een zo groot mogelijke winstmarge.

Ik heb al eens boze woorden gericht tot mijn apotheker (en ze zijn best aardig hoor). Het door de nefroloog voorgeschreven medicijn was ‘niet meer leverbaar’. Blijkt dat mijn zorgverzekeraar het niet wil leveren. Dan zit je in de val van de marktwerking. Het is ‘via een omweg’ alsnog geleverd. Het alternatief was om maar te leven met de ernstige bijwerkingen van wat wel geleverd mag worden.

Wie zal het een zorg zijn?